Hermina Wilhelmina Scholten (1905-1997)


Hermina Wilhelmina (Mini) Scholten wordt in Enschede geboren als derde van vijf kinderen in een niet-kerkelijk gezin. Vader Julius is firmant van de textielfabriek J.F. Scholten & Zonen in Enschede en zijn familie is gelieerd aan bekende Twentse textielgeslachten als Blijdenstein, Stroink, Ten Cate en Lasonder. Moeder Rebecca stamt uit een geslacht van predikanten en onderwijzers, maar haar vader wordt koopvaardijkapitein en begint later een telefoonbedrijf in Nijmegen. De schrijfster Johanna [Anna]  Scholten (1874-1949) is haar tante.


Mini wordt opgevoed in de traditie van de Twentse textielfabrikanten. Ze is lid van een krans (van meisjes en jonge vrouwen) en trouwt op 24 juli 1926 - zoals veel dochters - met een zoon uit een andere textielfamilie: Nico ter Kuile,  firmant van de textielfabriek Nico ter Kuile & Zonen. Ter ere van het huwelijk organiseert zijn vader voor het voltallige personeel een groot feest in het Volkspark te Enschede, compleet met bal en vuurwerk. Met inbegrip van de partners zijn dat honderden mensen. Waarschijnlijk vond vader Ter Kuile dat het tijd was voor een feest vanwege het beëindigen van de grote textielstaking in 1924 die zowel voor de werknemers als voor de fabrikanten erg frustrerend is geweest. Ook kan hij zich een dergelijk feest veroorloven.


Het paar gaat wonen op Huize De Boekel aan de Slaghekkeweg (nr. 18) in Lonneker, oorspronkelijk het buitenhuis van de familie Ter Kuile.  Er is rondom een bijzondere tuin die in 1916 is aangelegd door de Belgische architect Louis Martin van der Swaelmen die vanwege de Eerste Wereldoorlog naar Nederland was geëvacueerd. Het resultaat is (nog steeds) indrukwekkend: een verdiepte terrassentuin met geometrische basislijnen en een grote vijver met een bijzondere fontein.


Ter Kuile-Scholten leidt er het leven van een rijke fabrikantenvrouw. Het paar, dat kinderloos is gebleven, ontvangt er veel gasten en geeft grote feesten. Ter Kuile-Scholten gaat ook vaak mee op zakenreis (o.a. Afrika) en schrijft daarover in haar boeken.


In 1930 portretteert de schilder Jan Sluijters het echtpaar in stijlvolle avondkledij (nu in Rijksmuseum Twenthe). In de oorlog houden ze in De Boekel Engelse piloten verborgen; Nico ter Kuile is actief in het verzet.


Schrijfster


In 1951 publiceert Ter Kuile-Scholten – zij was toen 46 jaar – haar eerste roman 'Over mijn tuin en mijn nichtje Fleur'. Na dit boek volgen nog aantal romans en verhalen, die zij via haar connecties bij bekende uitgeverijen kan publiceren. Voor haar boeken put zij uit haar eigen leven en ervaringen. Zo bespreekt ze in haar debuut onder meer de planten en dieren in haar tuin en schreef zij 'Ach... Afrika. Verhalen over Congo en Madagascar' (1955) nadat ze met haar man een reis naar Afrika had gemaakt. Ze deed ook vertaalwerk: in 1958 verscheen 'Het nachtlampje', een vertaling van La Mandarine''  van de Franse schrijfster Christine de Rivoyre.


Enschede en Twente spelen in het werk van Ter Kuile-Scholten een hoofdrol; andere thema’s zijn de gegoede burgerij, textielfabrikanten, het familieleven en het daaruit voortvloeiende plichtsgevoel. Vaak gaat het om dezelfde hoofdpersonen. Sommige boeken lijken deels autobiografisch, wat opmerkelijk is vanwege de erotische passages die er soms in voorkomen. Hiermee, en met haar verhalen over familiezaken, was men binnen de Enschedese fabrikantenwereld niet altijd even gelukkig.


Ze maakt deel uit van diverse schrijversgroepen, zoals samen met andere Overijsselse auteurs is ze lid van 'Die Kogge', een vereniging van Duitse, Nederlandse en Belgische dichters en schrijvers. De vereniging heeft de bevordering van wederzijds begrip en cultureel contact tot doel.  De leden van komen onder meer in Enschede bijeen in 1957 en 1959. In februari 1962 gaan Nederlandse en Vlaamse auteurs op uitnodiging van Duitse schrijvers naar een schrijverscongres in Berlijn. Later dat jaar verschijnt Ter Kuile-Scholtens laatste roman: 'Eliza danst'.


De schrijfster was vooral bekend in Twente en minder in de rest van Nederland. Dit tot haar spijt, zoals zij vermeldt in een brief van 29 december 1958 aan Kitty Josselin de Jong. Toch wordt ze in 1973 gevraagd als jurylid voor de – landelijke – Tollens-prijs, die dat jaar werd toegekend aan Anton Koolhaas.


Ter Kuile-Scholten was ook geïnteresseerd in haar eigen familiegeschiedenis en Twentse gewoonten en hield regelmatig voordrachten hierover. Enkele zijn in 1986 en 1987 gepubliceerd in het tijdschrift '‘n Sliepsteen', een uitgave van de Stichting Historische Sociëteit Enschede-Lonneker.


Auteur en achterneef Jaap Scholten beschrijft de familiegeschiedenis in zijn boek 'Horizon City' (2014), waarin ook zijn tante Mini ter Kuile-Scholten aan bod komt. Hij kon dit doen dankzij een verzameling brieven, foto's en knipsels met betrekking tot voorouders zoals families Blijdenstijn (moeder) en Scholten. Deze collectie was o.a. verzameld door de bovengenoemde tante Anna Scholten en komt na diens overlijden in het bezit van haar petekind Dora Ankersmit-Blijdenstein. Daarna is de verzameling gaan zwerven en uiteindelijk door een neef tijdens een lezing aan Jaap Scholten overhandigd, zoals hij vermeld in zijn boek Horizon City.


Toen in 1988 haar echtgenoot overleed, stelde Ter Kuile-Scholten ter nagedachtenis een jaarlijkse prijs in om de geschiedenis en het dialect van Twente te stimuleren. Deze prijs werd echter door de familie ingetrokken en nooit uitgereikt; volgens bronnen vond men dat ‘zonde van het geld’.   Hermina ter Kuile-Scholten overleed op 9 april 1997, 92 jaar oud, in Enschede.


Auteur: drs. Lamberthe de Jong

Geboren:   17-02-1905 Enschede
Overleden:   09-04-1997 Enschede
Vader:   Julius Scholten (1871-1969) (firmant textielfabrieken J.F. Scholten & Zn)
Moeder:    Rebecca C. M. Kaijser (1876-1960)
Echtgeno(o)t(e):   Nico ter Kuile (1897-1988) directeur textielfabriek
Publicaties:   

Archieven

Diverse archieven van textielfamilies in Enschede. Researchbron Museum Twentse Welle (via conservator Chris Brand) te Enschede.

Publicaties van Mini ter Kuile-Scholten

Over mijn tuin en mijn nichtje Fleur (Bussum 1951) [herdruk 1980].

In het voertuig van mijn leven (Bussum 1953).

Ach... Afrika. Verhalen over Congo en Madagascar (Bussum 1955).

‘Hengist en Horsa. Een verhaal’, in: Overijssel. Jaarboek voor cultuur en historie 11 (1956) 24-36.

Kuise Tanagra (Den Haag 1958).

Het nachtlampje. Een charmante Parijse geschiedenis (Den Haag 1958) [geautoriseerde vertaling van Christine de Rivoyre, La Mandarine].

Eliza danst (Den Haag 1962).

‘Het Pathmos heeft naam aan Helmich van Heek te danken’, in: ‘n Sliepsteen 2 (1986) nr. 6, 6-7.

‘Pathmos begin deze eeuw bosjes slingerpaden, vijver en vruchtenhof’, in: ‘n Sliepsteen 2 (1986) nr. 7, 9 [oorspronkelijk een voordracht, tekst bewerkt door Ricus Hertsenberg].

‘Drie veelbesproken tantes uit Enschedese fabrikantenfamilies’, in: ‘n Sliepsteen 3 (1987) nr. 9, 6-7. [oorspronkelijk een voordracht, tekst bewerkt door Ricus Hertsenberg].

Een Twentse heer en dame in de wildernis (Enschede 1988) [eerder verschenen in: Ach... Afrika].

Literatuur

B.W. Kranenburg, ‘Mini ter Kuile-Scholten’, in: De Mars. Maandblad van en voor Overijssel 4 (1956), nr. 10, 236-237.

‘De Kogge bijeen. Duitse en Nederlandse schrijvers in Enschede’, in: De Tijd, 4-11-1957.

‘"De Kogge" weer in Enschede bijeen. Schrijversontmoeting tijdens het weekeinde’, in: De Telegraaf, 5-10-1959.

‘Nederlandse schrijvers gasten in Berlijn’, in: De Telegraaf, 26-2-1962.

‘Tollens-prijs 1973 toegekend aan Anton Koolhaas’, in: Leeuwarder Courant, 24-10-1973.

Gerrit Jan Deunk, ‘Het huis en tuin van Mini ter Kuile’, in: Tuinspecial, juni 1996 [uitgave van de Nederlandse Tuinenstichting].

Georg Hartong, ‘Familisme inspireert drie Scholtens tot schrijven’, in: Jaarboek Twente 35 (1996) 40-41.

Tina Hammer-Stroeve, Familiezoet. Vrouwen in een ondernemerselite Enschede 1800-1940 (Zutphen 2001) 106, 117, 121, 167.

Tina Hammer-Stroeve, ‘Een fabrikantenbruiloft 24 juli 1926’, in: ‘n Sliepsteen 18 (2002) nr. 72, 19-21.

Jaap Scholten, Horizon City. Een onvolledig en historisch niet noodzakelijkerwijs altijd correct van een familie van opgejaagde menisten, grootindustriëlen, kleinwildjagers, landhuizenbouwers, collectioneurs, polygame avonturiers, dromers en dappere vrouwen (Enschede/Doetinchem 2014) 247, 354, 358, 375, 451-453.

Website Vrouwenlexicon (2017) (door Lamberthe de Jong): http://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Scholten

Laatst bijgewerkt op:   24-11-2017