Lina Roetert Steenbruggen (1888-1976)


Engelina Johanna (Lina) Roetert Steenbruggen werd in Diepenveen geboren op 15 maart 1888 als oudste dochter van landmeter en grondbezitter Albart Johan Roetert Steenbruggen (1861-1928) en Eva Maria Brascamp (1863-1945). Vader was zeer actief op maatschappelijk gebied en o.a. kerkvoogd van de hervormde kerk. Het gezin telde zeven kinderen; de jongste (Aaltje) scheelde 21 jaar met Engelina. De familie woonde (anno 2011 nog steeds) in huize ‘De Brouwerij’ aan de Dorpsstraat. Onder dit oude pand bevinden zich nog kelders van het in 1578 verwoeste vrouwenklooster. Achter het huis liggen de oude Zandwetering en de diepe Molenkolk, deels eigendom van de familie, waar Lina als eerste vrouw uit Diepenveen ging zwemmen.

Lina volgde in Deventer een school voor meisjes ‘van gegoede huize’; daar kreeg zij les in koken, handwerken, schilderen, maar ook in boekhouden en het organiseren van een huishouding. Ze was net als haar vader maatschappelijk erg actief. Dat bleek in 1917, toen er duizend Vlaamse vluchtelingen per trein in bij station Diepenveen-Oost Diepenveen arriveerden. Een aantal werd ondergebracht in Abdij Sion, de rest in de dorpskerk en in de openbare school. De ‘Naai- en Breischool’ aan de Dorpsstraat functioneerde als ziekenhuisje. De 19-jarige Lina zat met haar broer in de organisatie. Als dank zongen de vluchtelingen voor haar na de wapenstilstand in 1918 de Brabançonne; Lina was toen net hersteld van de gevreesde Spaanse griep, waaraan ook veel vluchtelingen overleden.

Het jaar 1918 luidde ook het begin van twee activiteiten waarvoor zij een halve eeuw later koninklijk werd onderscheiden. Op eigen initiatief ging ze naar de Openbare Leeszaal in Deventer met het doel om een lectuurvoorziening voor Diepenveners op te zetten. Elke week kwam er met een kistje met vijftig boeken van de Bibliotheek in Zwolle naar de ‘Naai- en Breischool’ aan de Dorpsstraat. Daar leende Lina de boeken zelf uit. Pas in 1948 kwam er een Centrale Plattelandsbibliotheek Overijssel en kreeg het dorp een wisselcollectie. Lina controleerde ook lijsten met woorden in dialect, maar voor welke instantie is onbekend.

De andere activiteit was binnen het Groene Kruis; vanaf 1918 zat zij in het bestuur van het plaatselijke Groene Kruis, een neutrale vereniging voor wijkverpleging. Haar vader had deze afdeling opgericht in 1913. In 1921 werd ze voorzitter en ze haalde de plaatselijke huisarts dr. Govert Muijs over om cursussen EHBO te geven. Tijdens haar voorzitterschap werd in 1940 het oude stationsgebouw van de opgeheven spoorlijn Deventer-Ommen aangekocht en gebruikt als consultatiebureau. Er werden tal van cursussen gegeven en Lina zorgde dat er voldoende aanmeldingen waren, desnoods ging ze zelf bij iemand langs… Zo benaderde ze , zelf ongehuwd, pas getrouwde vrouwen voor een moedercursus, ook al waren ze nog niet in verwachting! Ook regelde zij collectanten en zorgde ervoor dat er in 1962 r geld werd ingezameld voor een auto bestemd voor wijkzuster Groenenberg. Tijdens de crisisjaren voor de Tweede Wereldoorlog was ze medeoprichter van de organisatie ‘Hulp in Nood’ in Diepenveen voor nooddruftige bewoners.

In 1931 (tot 1941) werd een VVV opgericht in Diepenveen, waar Lina ook bij betrokken was. Een jaar later verscheen er een gidsje over het dorp . In 1948 stond in de folder over Diepenveen nog steeds dat ‘mej. E.J. Roetert Steenbruggen inlichtingen’ verstrekte.

Naast het officiële bestuurswerk zette ze zich vooral in voor de jeugd. In de ‘Naai- en Breischool’ ( in 1872 mede opgericht door haar grootmoeder, Engelina Roetert Steenbruggen-Lammers) leerde ze de jongens timmeren en figuurzagen. De meisjes kregen er handwerkles en kookles. Dankzij Lina kwamen er kooklessen en twee kookleraressen van een huishoudschool in Ommen kwamen wekelijks met de (stoom)trein naar Diepenveen. Bovendien gaf ze zwemles in de Molenkolk: overdag familie en vrienden en ’s avonds aan de dorpsjeugd. Ze was zelf de eerste vrouw die in de Molenkolk zwom, zoals ze ook de eerste Diepenveense was die in een auto reed (zelf gekocht bij de plaatselijke garage Riemersma).

Lina Roetert Steenbruggen bleef ongehuwd en hoefde niet te werken. Ze zette zich echter in hoge mate in voor het dorp. Voor al haar maatschappelijk werk kreeg ze in 1968 vlak na haar tachtigste de gouden eremedaille verbonden aan de Orde van Oranje-Nassau uit handen van burgemeester mr. S. Crommelin. Ze overleed op 24 januari 1976.

Auteur: drs. Lamberthe de Jong
Geboren:   15-03-1888 Diepenveen
Overleden:   24-01-1976 Raalte
Vader:   Albart Johan Roetert Steenbruggen (1861-1928)
Moeder:   Eva Maria Brascamp (1863-1945)
Publicaties:   Bronnen en Literatuur: - Mw. A. Kuyk-Witteveen, ‘Mej. E.J. Roetert Steenbruggen (1888-1976), Diepenveen’ in: Wat deed zij in Overijssel? 53-56. Z.p. 1987. Uitgave van de Bond van Plattelandsvrouwen (met literatuuropgave). Hiervoor zijn o.a. gesprekken gevoerd met de 21-jaar jongere Aaltje Bosch – Roetert Steenbruggen en diverse notulenboeken bekeken. - Wim Coster, In de schaduw van de stad. De geschiedenis van de gemeente Diepenveen. Deel 2. 86-87. (Kampen 2000) - Interview ‘ Aaltje Bosch-Roetert Steenbruggen’, in: Oude Diepenveners doen een boekje open. Diepenveen 2001, p 33-38. - Informatie van Eva M. Akkersdijk-Bosch (nicht)
Laatst bijgewerkt op:   15-04-2014