Gerrit Jan Borgman (1873-1949)


Gerrit Jan Borgman werd geboren op 29 juli 1873 te Weerselo uit het huwelijk van Gerrit Jan Borgman, landbouwer, en Hermina Egbers. Hij trouwde op 17 juni 1898 te Hengelo met Maria Francisca Zweerink. Uit het huwelijk werden vier kinderen geboren. Borgman overleed op 3 oktober 1949 te Hengelo.

Gerrit Jan Borgman heeft gedurende zijn hele leven als draaier gewerkt bij de firma Dikkers & Co. te Hengelo. In Twente kwam de organisatie van de arbeiders in de snel groeiende metaalindustrie moeizaam op gang. Toen in 1899 in Denemarken een groot arbeidsconflict uitbrak, vormden de arbeiders van de machinefabrieken Gebr. Stork & Co. en Dikkers & Co. een geldinzamelingscomité. Op de vergadering in Hengelo waar verantwoording werd afgelegd over de ingezamelde gelden, namen enkele arbeiders het initiatief tot de oprichting van een plaatselijke vakvereniging van metaalarbeiders.

De oprichting van de metaalbewerkersvereniging 'Broedertrouw' kreeg haar beslag tijdens een vergadering op 1 oktober 1899 in café 'Weyschedé'. De vereniging ging van start met zesentachtig leden en de secretaris dichtte ter afronding van het verslag van de oprichtingsvergadering: 'Broedertrouw, schoon klinkt uw naam, Schoon is ook uw doel en streven. Moge onder uw schoone vaan, Den Broederband ons steeds omgeven.

Borgman meldde zich direct als lid aan en in 1900 werd hij in het bestuur gekozen voor de functie van tweede voorzitter. Al eind 1899 diende zich de vraag aan of 'Broedertrouw' zich aan moest sluiten bij de Algemeene Nederlandsche Metaalbewerkers Bond (ANMB). Hoewel de meeste leden van 'Broedertrouw' socialist waren, bestonden er toch bezwaren tegen aansluiting. Die zou gepaard gaan met contributieverhoging, maar vooral was men niet te spreken over de nauwe banden tussen de ANMB en het syndicalistisch georiënteerde Nationaal Arbeids Secretariaat (N AS). Het NAS was gekant tegen de strijd voor het algemene kiesrecht en sociale verzekeringen en legde de nadruk op de strijd tegen het militarisme.

'Broedertrouw' en ANMB zonden afgevaardigden naar eikaars congressen, maar ondanks principebesluiten kwam het niet tot daadwerkelijke aansluiting. Wel was intussen een 'Twentsche Bond van Metaalbewerkers' opgericht. Pas nadat de ANMB zich los gemaakt had van het N AS, besloot 'Broedertrouw' op 7 oktober 1906 tot aansluiting bij de ANMB. Borgman trad in 1904 voor korte tijd terug uit het bestuur. Hoewel oorspronkelijk tegenstander van aansluiting, verdedigde hij de nieuwe koers. In 1907 kozen de leden hem opnieuw in het bestuur en volgde hij A. W. Heukers, die naar Amerika emigreerde, als voorzitter op.

Borgman zou meer dan vijfentwintig jaar het voorzitterschap bekleden. 'Broedertrouw', waarvan de meeste leden werkten bij de fabrieken van Stork en Dikkers, groeide uit tot een volwaardige afdeling van de ANMB. Op 1 januari 1907 startte de afdeling met 142 leden, in 1932 was het ledental gegroeid tot 1234. Borgman vervulde zijn taken zeer plichtsgetrouw maar bleef bij voorkeur op de achtergrond. Toen hem in 1917, bij zijn tienjarige voorzitterschap, enkele lovende woorden werden toegevoegd, zei hij niet op huldigingen gesteld te zijn en verklaarde hij 'als dat zijn vrouw er meer onder geleden heeft omdat hij als katholiek modern georganiseerd was'. In die jaren 'hoorden' katholieke metaalarbeiders zich immers bij St. Eloy aan te sluiten. Zo niet Borgman, die op bescheiden wijze ook actief was in de plaatselijke SDAP-afdeling en er mee instemde dat het bestuur van 'Broedertrouw' haar ledenregisters ter beschikking stelde aan de VARA.

'Broedertrouw' had ook een belangrijk aandeel in de totstandkoming van het 'Eigen Gebouw' van de moderne vakbeweging in Hengelo. Het bestuur vergaderde daar voor het eerst op 10 maart 1932. In 1933 kwam een einde aan het voorzitterschap van Borgman. Wegens het bereiken van de leeftijd van zestig jaar ging hij met pensioen. Dientengevolge nam hij op 28 juli 1933 afscheid als voorzitter van 'Broedertrouw'. Dit keer ontkwam hij niet aan toespraken, waarin hij als toonbeeld van eenvoud en toewijding werd neergezet. Borgman, die volgens afdelingssecretaris D. W. van Hattem een geboren vijand was van 'uit de kas geven', kreeg van alle leden een radiotoestel, vervaardigd door de afdeling Hengelo van de VARA, met de initialen ANMB. Het landelijke Bondsbestuur bood hem een rijwiel van het merk Anemebo aan, vervaardigd in een door de afdeling Amsterdam van de ANMB geëxploiteerde fietsenfabriek.

Borgman kon nog ruim vijftien jaar van zijn pensioen genieten. In de laatste weken voor zijn overlijden kwam Borgman nog voor een moeilijke keuze te staan. Hij wilde graag op de rooms-katholieke begraafplaats naast zijn echtgenote begraven worden. Als lid van de PvdA zou hij wél, als lid van het NVV zou hij niet rooms-katholiek begraven kunnen worden. Dat speet de parochie-geestelijke erg want hij achtte Borgman als mens hoog, maar er was nu eenmaal een verbod. Borgman weigerde ontrouw te worden aan 'zijn' Bond en zo werd hij op 6 oktober 1949 op de Gemeentelijke algemene begraafplaats in Hengelo ter aarde besteld.

B. Hijma

Uit: Overijsselse Biografieën
Geboren:   29-07-1873 Weerselo
Overleden:   03-10-1949 Hengelo
Vader:   Gerrit Jan Borgman, landbouwer
Moeder:   Hermina Engbers
Echtgeno(o)t(e):   Maria Francisca Zweerink
Publicaties:   RAO, Archief van 'Broedertrouw', afdeling Hengelo van de ANMB De Metaalbewerker, 11-10-1924, 12-8-1933 en 15-10-1949 Nieuwe Hengelosche Courant, 29 en 31-7-1933 Twentsch Dagblad Tubantia, 29-7-1933
Laatst bijgewerkt op:   27-02-2014