Paul Bodifée (1866-1938)


Johannes Petrus Paulus Bodifée kan gezien worden als één van de belangrijke negentiende eeuwse kunstenaars in Overijssel. Zijn uitgebreide oeuvre is nu, zeventig jaar na zijn overlijden, echter niet alleen in Overijssel te vinden. Zijn werken hebben in de loop der tijd landelijke bekendheid gekregen. Paul Bodifée werd geboren op 6 juli 1866 als het zevende kind van deurwaarder Matthias Joseph Bodifée (1826-1906) en Elizabeth Hendriks (1829-1867). Het gezin woonde met de vier zonen en vier dochters in de Polstraat te Deventer. Na zijn HBS-opleiding vertrok Paul Bodifée op achttienjarige leeftijd naar Amsterdam om de opleiding voor Tekenonderwijzers te volgen aan de Rijks Normaalschool. Na deze opleiding voltooid te hebben volgde hij nog korte tijd de lessen aan de Rijksacademie.

Hij werd lid van de kunstenaarsvereniging Arti et Amicitiae en later van Pulchri, in Den Haag, waarvan de meeste Haagse School kunstenaars lid waren. Paul Bodifée beschikte over een atelier in Nieuwer Amstel. In 1889 verruilde hij de hoofdstad voor het Brabantse Ravenstein waar hij leraar werd aan de daar gevestigde Teekenschool. In die jaren kwam hij in contact met Rosa Elisa Leeuw (1868-1937), dochter van een bekende architect in Nijmegen.

In 1893 keerde hij terug naar Deventer, waar hij tekenleraar werd aan de plaatselijke HBS aan de Pontsteeg. Als collega’s trof hij daar de bekende kunstschilder en tekenleraar Jan Striening (1827-1903) en zijn vroegere leraar Sieger Jan Baukema (1862-1936). De contacten met Rosa de Leeuw bleven bestaan en leidden tot een verloving. In 1896 traden ze in het huwelijk. Uit deze verbintenis werd één dochter geboren, Rosa Pauline (1897-1974) en de zonen Paul Rosa (1901-1948) en Oscar Henri (1903-1984) Het jonge paar betrok een grote woning aan de Singelstraat te Deventer, waar ruimte was voor de kunstzinnige activiteiten van de familie. In het vier verdiepingen tellende huis was de zolder ingeruimd voor Paul’s atelier en een ruimte om leerlingen te begeleiden. Rosa onderhield contacten met diverse kunstenaars en was zeer geïnteresseerd in antieke voorwerpen, die ze kocht en verkocht en soms ter beschikking stelde aan toneelgezelschappen.

De warme contacten met Rosa’s familie waren van grote invloed op de kunstenaar Paul Bodifée. In Nijmegen trof hij de juiste sfeer om van gedachten te wisselen met zijn schoonvader Henri Jean Leeuw (1861-1918), zwager Henri Leeuw (1861-1944), kunstschilder en Oscar (1866-1944), die evenals zijn vader, het beroep van architect uitoefende. Er werd veel gemusiceerd en met Henri Leeuw exposeerde hij. Ze ondernamen kunstenaarsreizen naar Barbizon in Frankrijk. Barbizon was in de negentiende eeuw een geliefd kunstenaarsdorp, waar vele bekende kunstenaars naar toe trokken om inspiratie in de natuur op te doen.

Bodifées verschijning was zoals die van menig kunstenaar uit zijn tijd; joyeus en zelfbewust. Goed gekleed en met een klein baardje, straalde hij een zekere waardigheid als kunstenaar uit. Het belangrijkste deel van zijn oeuvre ontstond tussen 1910 en 1938, merendeels landschappen en stadsgezichten. In zijn studietijd maakte hij zoals vele van zijn collega’s, studies naar zeventiende eeuwse Hollandse meesters. Voor 1900 schilderde hij enkele voortreffelijke figuurstukken en portretten, maar zijn kracht lag in het weergeven van de natuur. Alleen, maar ook met leerlingen of collega’s, ging hij op pad om schetsen en tekeningen van het landschap te maken en deze later in zijn atelier aan het doek toe te vertrouwen. Vergezeld van zijn onafscheidelijke schilderskist ging hij per fiets of openbaar vervoer naar karakteristieke plekjes in Overijssel. Favoriet waren de plaatsen Giethoorn, Dedemsvaart, Ommen en Vollenhove. Buiten de regio trok hij naar Nijmegen, Zutphen, Ruurlo en Renkum, waar hij lid werd van de kunstenaarsvereniging Pictura Veluvensis. Hij voerde diverse opdrachten uit zoals het beschilderen van de binnenwanden van de Sociëteit te Deventer samen met zijn Deventer collega Bartus Korteling (1853-1930). Ook ontwierp hij decors voor toneeluitvoeringen.

In 1923 kreeg hij het eervolle verzoek een aquarel te maken voor het album Nationaal Huldeblijk ter gelegenheid van Koningin Wilhelmina’s 25 jarig regeringsjubileum. Paul Bodifée behoorde niet tot de avant-garde van zijn tijd. Hij bleef tot aan het eind van zijn leven op een geheel eigen wijze werken in de trant van de Haagse School. Bekende werken van hem tonen de bloeiende boomgaarden in Salland, de watergebieden in Noord-West Overijssel en de inmiddels vele verloren gegane stadsdelen van Deventer en Nijmegen. Werk van Paul Bodifée bevindt zich in het Historisch Museum te Deventer en musea te Assen, Harderwijk, Nijmegen en Otterlo De directeur van het Museum de Waag, de heer Houck, schreef hem ter gelegenheid van zijn zeventigste verjaardag: Met grote voldoening kunt Gij terugzien op hetgeen Gij als kunstschilder, graveur en tekenaar gepresteerd hebt. Het is voor onze stad, uw geboortestad gewis een eer U steeds in ons midden te hebben zien werken. Aan Uwe scheppingen zal het te danken zijn, dat het nageslacht mettertijd nog zien kan, wat hier was.

Paul Bodifée hield zich naast het schilderen bezig met grafische technieken, veel opdrachten voor kalenders kwamen hieruit voort. Voor Boek- en Steendrukkerij de IJsel maakte hij gedurende een reeks van jaren kalenders met afbeeldingen van fraaie oude stadsdelen van Deventer. Ook landelijke opdrachtgevers klopten aan bij deze talentvolle kunstenaar. Zo leverde hij o.a. litho’s voor het album De mooie Betuwe. Zijn magnum opus op grafisch gebied was het albumboek Zoals wij Holland zagen, platen en afbeeldingen van historische monumenten uit alle delen van het land. Paul Bodifée overleed in 1938, kort na zijn echtgenote Rosa. Met hun heengaan verloor Deventer een toonaangevend kunstenaarsechtpaar. Het huis waarin de familie Bodifée-Leeuw zoveel geluk had gekend bleef in de familie omdat Rosa Pauline (Roosje) er bleef wonen.

Na een jarenlange verloving huwde ze in 1945 met Jacob Kleiboer (1998-1984), organisator van tentoonstellingen en evenementen. Samen bewoonden ze het pand Singelstraat 6, dat er met zijn vele schilderijen, antiek en porselein uitzag als een maison ‘d artiste. Rosa overleed in 1974 en Kleiboer in 1984 waarna het huis verkocht werd. De inboedel, bevattende de zestig werken van Paul Bodifée en de verzameling Kleiboer-Bodifée werd voor een deel overgedragen aan de gemeente Diepenveen (inmiddels opgegaan in de gemeente Deventer). Een bronzen plaquette in het portiek van Singelstraat 6 te Deventer met de namen van de toenmalige bewoners herinnert aan deze unieke kunstenaarswoning.

Actueel bericht: Op 28 juni 2012 wordt het totale archief van Paul Bodifée overgeheveld naar Stadsarchief en Athenaeumbibliotheek middels een feestelijke overdracht, waar iedere Bodifée fan welkom is.

Auteur: drs. Roel H. Smit-Muller

Geboren:   06-07-1866 Deventer
Overleden:   23-01-1938 Deventer
Vader:   Matthias Joseph Bodifée (1826-1906), deurwaarder
Moeder:   Elizabeth Hendriks (1829-1867)
Echtgeno(o)t(e):   Rosa Elisa Leeuw (1868-1937)
Publicaties:   Paul Bodifée, Souvenir aan Deventer, 1904 Paul Bodifée, IJsel-vloeiboek, Deventer 1924 Paul Bodifée/ J.D.H. van Uden, De mooie Betuwe, Deventer, 1928 Paul Bodifée/ D. Huygen, Holland zoals wij het zagen, Amersfoort 1928 H.J van Baalen, Deventer en zijn schilders, Twello/Amersfoort 2002 Roel H. Smit-Muller, Paul Bodifée, schilder van stad en land, Zutphen 2002
Laatst bijgewerkt op:   27-02-2014