Albertus Jacobus Duymaer van Twist (1809-1887)
Als zoon van een hoogleraar rechten aan het Deventer was Koos van Twist, evenals zijn ouders, levenslang aan zijn geboortestad verknocht. Hij studeerde rechten aan het Athenaeum aldaar en aan de Leidse universiteit. Deelname aan het Jagerskorps van Leidse studenten in de Tiendaagse Veldtocht (1831) onderbrak zijn studietijd, die hij in 1832 afsloot met een promotie.
Teruggekeerd naar Deventer vestigde Van Twist zich daar als advocaat, later ook procureur bij de rechtbank. In 1838 werd hij bovendien rechter-plaatsvervanger. Hij werd lid van de Schoolcommissie en president-commissaris van de Rijn- en IJsselstoombootmaatschappij, maar zijn meest opvallende nevenfunctie was die van bestuurslid van de Stichting Het St. Elisabethsgasthuis. Hij stimuleerde de omvorming van deze instelling van een bewaarplaats van krankzinnigen in een op medische leest geschoeide psychiatrische inrichting. In zijn zorg voor het humaniseren van de behandeling van de verpleegden kreeg hij volop steun van zij echtgenote, de Deventer officiersdochter Mie Beck.
In juli 1843 werd Van Twist, pas 34 jaar oud, lid van de Tweede Kamer, waarvan hij in 1850-1851 voorzitter was. In een tijd dat nog geen politieke partijen en fracties bestonden, toonde hij in de Kamer zijn voorkeur voor de protestantsconservatieve richting, die vooral aanhangers vond onder de heersende klasse.
Van Twist was van 1851-1855 gouverneur-generaal van Nederlands Indië. Toen hij in het voorjaar van 1851 met zijn echtgenote daarheen vertrok, verzorgde de Deventer Courant een uitgebreide reportage, als betrof het een luxueuze toeristische excursie. Maar de gouverneur had andere zaken aan zijn hoofd. De Indische financiën waren niet op orde, een hem gunstig kabinet moest plaats maken voor een hem ongunstige ministersploeg en het uitblijven van een nieuw regeringsreglmenent werd gebruikt om de vernieuwende plannen van Van Twist tegen te werken. De nieuwe man begon direct om de wat verlopen administratie van zij n voorganger te reorganiseren. Zijn gevoel voor regelmaat, nauwkeurigheid en orde en zijn kennis van financiële zaken kwamen hem goed van pas. Maar hij was ook afgemeten, ingetogen en burgerlijk eenvoudig. Wie vertrouwd was met zijn charmante, artistieke en voor intriges gevoelige voorganger, vond hem maar stroef en ontoegankelijk.
Van Twist schafte drukkende belastingen op verkoop via kramen en markten af, bestreed de opiumsmokkel, trok te drukkende gouvernementscultures (verplichte levering van landbouwproducten) in, beperkte de persoonlijke diensten door de bevolking aan de staat en stimuleerde het werk door particuliere ondernemingen. In de geest van de tijd liet hij plaatselijke ongeregeldheden met geweld onderdrukken.
Buiten Java was het Nederlandse gezag maar beperkt aanwezig. Van Twist ging op reis om zich persoonlijk in de buitengewesten te oriënteren. Hij liet kunstenaars flora en fauna vastleggen. Onderwijs, zending en beoefening van de wetenschappen stimuleerde hij.
Bij zijn opvattingen over rechtvaardigheid in het bestuur paste zijn behandeling van de ambtenaar Eduard Douwes Dekker. Deze echter ervoer de houding van de gouverneur als kwetsend en publiceerde als Multatuli meesterlijk geschreven teksten tegen zijn vroegere hoogste baas. Daarmee nam Douwes Dekker alle gelegenheid om de publieke opinie te beïnvloeden. Van Twist daarentegen zweeg en bleef dat levenslang doen. Het heeft hem altijd een odium gegeven van een landvoogd die ongevoelig was voor het lijden van de bevolking en die een bekwaam ambtenaar opofferde aan de eisen van een systeem dat voorzag in geldelijk gewin voor het moederland.
Nog tijdens zijn verblijf in Indië had Van Twist het vervallen landgoed Smets Rande in Diepenveen gekocht. Hij liet er naar eigen ideeën een landhuis bouwen en de tuinarchitect J.D. Zocher jr. het terrein omvormen tot een prachtig park. Zo kwam 'Nieuw Rande' tot stand. Hier genoot het echtpaar Van Twist een mooie oude dag. De heer des huizes was daarbij nog lid van de Tweede, later van de Eerste Kamer. Hij leefde in Diepenveen als een ouderwets landedelman tot een beroerte hem aan de haard trok en werd begraven op de Algemene Begraafplaats aan de Diepenveenseweg.
dr. C.M. Hogenstijn (SAB)
Zie ook Biografisch Portaal. Kijk ook hier.
Zie ook Canon van Deventer
Geboren: | 20-02-1809 Deventer | |
Overleden: | 03-12-1887 Diepenveen | |
Vader: | prof.mr.Albertus Jacobus Duymaer van Twist (1775-1820) | |
Moeder: | Judith van Loghem (1776-1833) | |
Echtgeno(o)t(e): | Maria Joanna Beck (1812-1895) | |
Publicaties: | Biografie: J.C. Smelik, C.M. Hogenstijn, W.J.M. Janssen. A.J. Duymaer van Twist : gouverneur-generaal van Nederlands-Indië (1851-1856). Zutphen : Walburg Pers ; Deventer : Historisch Museum Deventer, 2007. 128 p. | |
Laatst bijgewerkt op: | 27-02-2014 |