Erik Hulzebosch

marathonschaatser en entertainer

Erik Hulzebosch


Erik Hulzebosch groeide op in een gezin met zes kinderen. Mede omdat hij op jonge leeftijd stotterde, behaalde hij slechte schoolresultaten. Maar het leren zat hem ook niet in het bloed. Hij verliet op zijn veertiende de LTS en ging werken. Hij werd kraanmachinist, maar toen hij van school ging stortte hij zich helemaal op de sport. Bij het fietscrossen had hij al veel overwinningen behaald. Hij ontdekte het skeeleren, een populaire sport op de Veluwe en leerde daar de legendarische Dries van Wijhe, de gebroeders Ruitenberg en Jan Eise Kromkamp kennen. Schaatsen deed hij ook graag, maar dan wel op natuurijs. Bij het skeeleren zou hij tot de absolute top gaan behoren – hij werd acht keer winnaar van het landelijk skeelerklassement en ook wereldkampioen – maar het schaatsen bracht hem nationale vermaardheid.

In 1985, veertien jaar oud, deed hij onder de naam van zijn broer mee aan de Elfstedentocht. Hij was te jong om deel te nemen, maar maakte er gebruik van dat zijn broer werd opgeroepen voor een militaire oefening. Het was verschrikkelijk afzien maar hij reed de tocht uit. Hierna richtte hij zich steeds meer op het marathonschaatsen en in 1987 won hij als B-rijder voor het eerst het Nederlands Kampioenschap Marathonschaatsen op natuurijs en in 1990 won hij het Open NK op de Plansee. De belangrijkste wedstrijd voor een marathonschaatser, het NK op natuurijs, won hij in 1993 in Maasland. Hij volgde Dries van Wijhe op, die in 1991, op zijn oude dag (45 jaar), Nederlands kampioen was geworden. Dries was zijn grote voorbeeld, beiden zijn uit hetzelfde hout gesneden: hoe moeilijker de omstandigheden, hoe beter zij presteren. De overwinning maakte hem plotseling tot bekende Nederlander en net als ‘Dolle Dries’ van Wijhe, de schaatser/wielrenner met gevoel voor show, werd Erik populair bij het publiek. Interviews waarbij hij recht voor zijn raap, met de nodige humor en deels in dialect vragen beantwoordde droegen daar ook aan bij.

Het werk als kraanmachinist viel niet te combineren met topsport en in 1996 stopte hij daar dan ook mee. Een tijd lang werkte Hulzebosch halve dagen in de winkel van sponsor de Wildkamp. ’s Middags sprong hij op de fiets of ging hij skeeleren. In een interview: ‘Soms kan ik geen pap meer zeggen, maar dan ga ik toch door. Als ik dan drie uur later thuiskom, kijk ik in de spiegel en zie aan m’n bekkie dat ik iets afgevallen ben. Vervolgens stap ik onder de douche, ga zitten en neem een bakje koffie. Ik voel me dan helemaal fris van binnen. Dat is een fantastisch gevoel. Iemand die niet aan sport doet, weet niet hoe fijn dat is’. Aan competitie was hij verslaafd. Hij wilde elke dag wel een wedstrijd rijden. ‘Het allermooiste is met een kopgroep van een man of zes, jongens die er voor willen rijden. Kop overnemen en gaan, als een speer over de weg. Maar door die verrekte ploegentactiek zitten de rijders tegenwoordig meer te kijken, achterom loeren, waar blijft mijn sprintmaatje. Vind ik niets, baal ik als een stier’.

Zijn belangrijkste overwinningen behaalde hij midden jaren negentig. Hij won klassiekers op natuurijs als de Amstelmeermarathon, Veluwemeertocht en de Holland Venetië tocht in Giethoorn. Hij werd zelfs Nederlands kampioen op kunstijs, een tak van sport waar hij weinig mee op had. Onvergetelijk is de sprint, die hij met miniem verschil verloor van Henk Angenent, tijdens de Elfstedentocht in 1997. Hulzebosch was favoriet en moet zeer teleurgesteld zijn geweest, maar trok na de wedstrijd meer de aandacht dan de winnaar. De kleurrijke Hulzebosch, inmiddels cult-figuur, trad de week na de wedstrijd op in tv-shows, reed aan de zijde van Miss Holland in een koets door Zwolle en kreeg een gratis bruiloft aangeboden als hij met zijn vriendin Jenita Smit zou trouwen. Wanneer een tv-programma een vrolijke noot kon gebruiken werd Erik Hulzebosch opgetrommeld. Zo haalde hij in de zomer na de Elfstedentocht met programmamaker Willibrord Frequin een grap uit. Frequin zou Angenent bij de finish op de Bonkevaart in een roeibootje interviewen. Tijdens het interview stoof Hulzebosch in een speedboot voorbij.

De carnavalsperiode na de Elfstedentocht vormde het begin van zijn ‘muzikale’ carrière. Met ‘Hulzebosch, Hulzebosch’, op de melodie van het Russische Kalinka scoorde hij een carnavalshit en trad hij in het hele land op. Vaak meerdere keren per dag op verschillende locaties. In de jaren daarna zette hij in de carnavalsperiodes zijn lucratieve bijverdiensten op het podium voort en ook tussendoor had hij de nodige schnabbels. Hij trouwde met de Rouveense Jenita Smit, net als haar zus Gretha een bekende naam in de schaatssport.

Misschien hadden de sportieve prestaties te lijden onder al deze activiteiten. Sporten bleef belangrijk voor Hulzebosch en toen hij er weer volop voor ging, reed hij opnieuw goede uitslagen. De op loodzwaar ijs verreden AGM-marathon in januari 2000 op de Weissensee bracht hij op zijn naam. Een jaar later werd hij Nederlands kampioen bij het open NK op de Weissensee, een prestatie die hij in 2003 nog eens herhaalde. Ook was hij in 2001 winnaar van de Alternatieve Elfstedentocht en tweede tijdens het NK in Deventer op kunstijs. Sinds 1999 zorgde Erik Hulzebosch voor de meeste publiciteit voor de ploeg van sponsor Nefit, waarvan hij zelf leider was en voor welke ploeg vooral de Franse schaatser Cédric Michaud uitstekende uitslagen schaatste.

Naast zijn schaatsprestaties wist Hulzebosch vooral als Bekende Nederlander de aandacht te trekken. Zoals in het tv-seizoen 2006-2007, toen hij in het SBS-programma So you wannebe a popstar doordrong tot de finale en deze nog won ook. Met het winnende Engelstalige nummer Extase, waarvan later ook een Nederlandstalige versie gemaakt werd, belandde hij in de Top 10 en de maanden daarna was hij wat betreft optredens weer volgeboekt.

Vanaf dat moment levert de schaatser jaarlijks zo'n honderd 'praatjes' bij bedrijven. In 2008 schat hij het totaal aantal optredens, inclusief zijn boekingen als zanger/entertainer op zo’n driehonderd per jaar. Bij deze optredens wordt hij vergezeld door een geluidsman die kan kiezen uit Erik’s eigen repertoire en meezingers van André Hazes, Jan Smit, Ben Cramer en andere Nederlandstalige zangers.

Hij wordt mede-eigenaar van schaatsen- en skeelerfabriek Maple. In 2009 wordt de in Loozen bij Gramsbergen wonende zanger gevraagd de vertolker te worden van het lied Gun jezelf de ruimte, een ode aan Hardenberg, de kalkovens, de klepperman en de rivier de Vecht. In hetzelfde jaar begint hij met presenteren van programma’s voor RTV Oost, een activiteit waaraan hij steeds meer tijd besteedt. Op zijn 39ste neemt hij in januari 2010 op de Oostenrijkse Weissensee afscheid van de schaatssport.

Tekst: Tonny Peters
Geboren:   17-06-1970 Anerveen (Gramsbergen)
Echtgeno(o)t(e):   Jenita Smit
Laatst bijgewerkt op:   06-03-2014