Lambertus Johannes Bruna (1822-1906)


Lambertus Johannes Bruna werd te Deventer geboren op 20 december 1822 als zevende kind en oudste zoon van meester schilder Johannes Bruna en Johanna Linck.
Bruna zal in 1846 naar Enschede zijn gekomen en hij vestigde zich daar als kunstschilder en tekenmeester. Waarschijnlijk werd hij door de sinds 1837 in Enschede wonende en uit Deventer afkomstige schilder Bartus Peteri getipt over een vacature. Hij trad 30 maart 1848 in het huwelijk met de uit Amsterdam gekomen modemaakster en weduwe Hinderika Meina van Bergen, geboren te Zuidbroek in Groningen. Tijdens de stadsbrand van Enschede van mei 1862 brandde zijn eigen huis aan de Langestraat tegenover de St. Jacobuskerk af en werd zijn schilderijencollectie verwoest. Hij verhuisde daarna naar Lonneker en vervolgens een aantal keren heen en weer tussen Enschede en Lonneker. Zijn vrouw overleed in 1895 en hijzelf op 3 juni 1906 aan de Hengelosestraat 13 (huis staat er niet meer). Het echtpaar stierf kinderloos, maar had van 1861 tot 1882 wel een aangenomen dochter in huis. Die nicht erfde het grootste deel van zijn nagelaten schilderijen. Het graf van het echtpaar bevindt zich op het Boerenkerkhof aan de Deurningerstraat.


Opleiding
Hij begon in het cursusjaar 1835/36 zijn teken- en schilderopleiding aan de Teekenacademieschool van de Maatschappij tot Nut van ʼt Algemeen te Deventer onder leiding van Jacob Jansen Vredenburg, van wie hij ook privéles kreeg. In 1840 ontving hij getuigschriften voor het tekenen naar pleister van antieken (gipsen beelden) en naar levend model en in 1841 ontving hij namens Koning Willem II de jaarlijkse zilveren medaille voor het tekenen naar pleister van antieken en de grote zilveren medaille voor het tekenen naar levend model. Juni en juli 1842 exposeerde hij werk op de in Deventer gehouden "Tentoonstelling van Voorwerpen van Nijverheid en Kunst uit Overijssel".
Met een beurs van het Departement Deventer van ʼt Nut studeerde hij van het cursusjaar 1842/43 tot en met dat van 1845/46 verder aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Antwerpen, een studie die goed aansloot op de manier van werken in Deventer. Directeur in die tijd was de romantische schilder Gustave Wappers.

Kunstschilder
De grootste verdienste van L.J. Bruna als kunstschilder is het vastleggen van zijn omgeving in zijn interieurs van boerderijen en typisch Twentse gebruiken, zoals de 'Brulfteneugers'. Ook zijn schilderijen en tekeningen van de stadsbrand van Enschede van 1862 zijn belangrijke documenten. Tot 2004, het jaar van een grote overzichtstentoonstelling, waren zijn portretten van leden van Enschedese fabrikantenfamilies, zoals de broers Hendrik Jan, Herman en Gerrit Jan van Heek, vader Coenraad en zoon Engelbert ter Kuile, en andere notabelen minder bekend. Als protestant kreeg hij vanaf 1850 opdracht voor het vervaardigen van afbeeldingen van de Kruisweg van Christus voor minstens vijf katholieke kerken in Twente, waarvan er drie compleet zijn bewaard. De deken van Twente was namelijk zijn overbuurman. Hij maakte ook ander religieus werk, een winterlandschap en stillevens. Op verschillende manieren maakte hij gebruik van het medium fotografie. Er zijn 182 werken van hem bekend, waarvan er 128 zijn bewaard.

Tekenmeester
L.J. Bruna kreeg in 1846 in Enschede de leiding van de 'Stadsteekenschool voor handwerkslieden' en richtte ook zijn eigen 'Particuliere Teekenschool' op, die tot aan de stadsbrand van 1862 bleef bestaan. Tussen 1855 en 1865 was hij tekenleraar aan de 'Bouwkundige Teekenschool ten behoeve van de Arbeidende klasse', vanaf 1857 de 'Bouwkundige Teekenschool voor Ambachtslieden' geheten.

Privéleraar
Hij gaf teken- en schilderles aan kinderen van welgestelde ouders, waarbij zijn voorkeur uitging naar meisjes. Zijn meest bekende leerlingen waren Bertha en haar broer Jan Herman van Heek en Cato Elderink. Van drie andere meisjes maakte hij portretten.

Fotograaf
Bruna was de eerste fotograaf in Twente die zich blijvend vestigde. Voor die tijd waren er alleen rondtrekkende fotografen op jaarmarkten en kermissen. Het verhaal gaat dat hij na de stadsbrand van 1862 van een geredde stoof en met apparatuur en kennis uit Duitsland een platencamera vervaardigde. Daarna begon hij samen met zijn echtgenote een fotozaak. Er zijn nog redelijk veel van zijn 'carte de visite' foto's bewaard gebleven. Zijn beeldmerk met 'Peintre-photographe' siert meestal de achterkant. Er konden zich nu veel meer mensen laten afbeelden dan alleen de toplaag. Het glasnegatief werd bewaard en daardoor kon men na de dood van een geliefde een vergroot portret, eventueel in pastelkrijt of olieverf, laten maken. Na zijn overlijden werden zijn objectieven en lenzen in de krant te koop aangeboden. Helaas is zijn archief van glasnegatieven niet bewaard. Zijn oude platencamera werd door zijn nazaten in 1964 aan de Enschedese fotograaf Henk Brusse geschonken.


Auteur: Frits van Riel


Zie ook Biografisch Portaal

Geboren:   20-12-1822 Deventer
Overleden:   03-06-1906 Enschede
Vader:   Johannes Bruna, verwer
Moeder:   Johanna Link
Echtgeno(o)t(e):   Hinderika Meina van Bergen
Publicaties:   

Bronnen
1. F.J. van Riel – Lambertus Johannes Bruna "Peintre Photographe", eigen beheer, Utrecht 2002.
2. Zeno Kolks en Frits van Riel – Schilderachtig Twente, Lambertus J. Bruna 1822-1906, Museum Jannink en Van Deinse Instituut, Enschede 2004.
3. Aanvullend onderzoek door Frits van Riel.

Exposities
1842, 1850 Deventer
1849-1872 Teeken Academie, Den Haag
1855 Leeuwarden en Zwolle
1857 'Arti et Amictiae' Amsterdam
1865, 1868, 1871, 1874, 1877 Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten, Amsterdam
2004/05 Grote overzichtstentoonstelling in Museum Jannink, Enschede

Collecties
De Oudheidkamer Twente en museum TwentseWelle in Enschede bezitten samen zestien werken. Historisch Museum Deventer bezit twee vroege werken en de Stichting Edwina van Heek bezit een werk. De rest van de schilderijen bevinden zich in kerken en in particulier bezit.

Laatst bijgewerkt op:   03-10-2014